
Als draagconsulente krijg ik vaak de vraag vanaf wanneer een kindje voor zich uit mag kijken bij het buikdragen. Een erg goede vraag, die hier zeker wat toelichting verdient.
Veel ouders willen hun kindje graag met het gezichtje naar voren dragen, omdat het hen leuk lijkt om hun kindje zo de wereld te laten ontdekken. Helaas zijn er twee belangrijke redenen om dit af te raden.
- Voorwaarts buikdragen is niet ergonomisch. Bij het buikdragen met het gezichtje naar voor zal je namelijk steeds zien dat je baby niet zijn natuurlijke houding kan aannemen. De gehurkte kikkerhouding (deze bespraken we reeds in de blogpost ‘hoe herken je een ergonomische draagzak?‘) is niet goed mogelijk en de beentjes bungelen naar beneden. Daarnaast is er in deze houding maar weinig lichaamscontact en trekt het ruggetje vaak hol in plaats van een beetje bol. Zeker bij pasgeboren baby’s is een goede rug- en neksteun essentieel aangezien ze nog niet zelfstandig het hoofd kunnen rechthouden.
- Een tweede reden om ‘face forward’ buikdragen af te raden is overstimulatie van je baby. Een baby is namelijk niet voldoende ontwikkeld om zich te kunnen afsluiten voor een teveel aan prikkels, bijvoorbeeld wanneer er veel mensen naar je toekomen om je te begroeten en je kleintje te bewonderen. In tegenstelling tot andere draagposities kan je kindje zijn of haar hoofdje niet tegen je aandrukken of je even aankijken wanneer het wat troost nodig heeft in een onbekende situatie.
360° draagzak
In 2014 deed Ergobaby, dat al jaar en dag bekend staat als fabrikant van ergonomische draagzakken, een opmerkelijke lancering. Tot die tijd hadden zij het voorwaarts buikdragen streng afgeraden, maar met de ergobaby 360 maakten ze het nu zelf mogelijk. Ergobaby adviseert wel om pas voorwaarts te gaan buikdragen wanneer het kindje zelfstandig het hoofdje kan rechthouden én beperkt tot korte periodes van max 15 minuten.
Mijn advies is om je baby’tje buik tegen buik te dragen. Wanneer je kindje zelfstandig tot zit kan komen kan je overstappen naar rugdragen.